Jan Pronk

“Je hebt niet het recht om te bepalen wie je naaste is”

In: Nederlands Dagblad, 30 december 2021. Dubbelinterview met Akinyinka Akinyoade. Interviewers: Annegina Randewijk en Jan van Benthem.

Originele artikel

De ongelijkheid is sterk toegenomen door de coronacrisis. Er worden felle debatten gevoerd over wat internationale solidariteit daarin nog voorstelt. Twee Hagenezen, oud-minister Jan Pronk en de Nigeriaanse demograaf Akinyinka Akinyoade, gaan samen in gesprek. Op de plek waar solidariteit werkelijkheid werd.

beeld Dirk Hol

beeld Dirk Hol

Het is winderig en koud voor de bekende boogdeur van de Bethelkapel in Den Haag. De kapel was twee jaar geleden het centrum van een permanente eredienst, om kerkasiel te kunnen bieden aan het Armeense gezin Tamrazyan. Nu is de kapel verlaten, stil, donker. Door de coronamaatregelen zijn alle buurtactiviteiten in één klap weer stilgelegd. 

Akinyoade komt ruim op tijd aangefietst. Een Nigeriaanse Hagenees die na diverse projecten in Nigeria, Ghana en Indonesië nu werkt als senior-onderzoeker aan de Universiteit van Leiden. Daar houdt hij zich vooral bezig met onderwerpen als bevolkingsontwikkeling, migratie, mensenhandel, maar ook de rol van corruptie. 

Akinyoade kijkt wat vertwijfeld om zich heen in de Bethelkapel. Waarom hebben we in deze lege zaal afgesproken?, zie je hem denken.

Hij stroopt zijn mouwen op en helpt alvast een lange tafel van dikke witgeschilderde planken naar het midden van de zaal te versjouwen. Het wachten is nog op Jan Pronk. De kerstkransjes, koekjes, thee en koffie staan klaar. Na een kwartier gaat met een zwaai de buitendeur open. ‘Ik woon in de buurt, dus daarom ben ik later. Zo gaat dat’, verklaart Pronk terwijl hij zijn jas ophangt op de vertrouwde plek. Hij stapt onmiddellijk naar de tafel die de komende drie uur het rustpunt wordt van het gesprek. Even luisteren, een kerstkransje pakken - Pronk is een liefhebber blijkt - of er juist op leunen en naar de ander toebuigen. 

‘Solidariteit is geen soft onderwerp. Het is een strijd, een worsteling.’

Na een ongemakkelijke corona-begroeting - want wat doen we ook alweer zonder die handdruk - neemt Pronk plaats tegenover Akinyoade. ‘Hebben wij elkaar al eens eerder ontmoet?’, vraagt Pronk. ‘Ja, geregeld op de universiteit’, lacht Akinyoade. Hij was al benieuwd of Pronk zich hem nog zou herinneren, gaf hij eerlijk toe. Pronk reageert verbaasd: ‘Echt waar, maar niet in zo’n setting toch?’

Pronk merkt dat Akinyoade het verhaal van de Bethelkapel niet kent. ‘Dat is me nogal een verhaal. Mijn vrouw en ik waren betrokken bij het verzet.’ Pronk vertelt gedreven dat het Armeense gezin Tamrazyan ‘echt voor de politie en de IND moest vluchten’ uit de eerste asielkerk, de GKv in Katwijk. De Bethelkapel werd hun nieuwe toevluchtsoord, en voor Pronk een plek van geleefde solidariteit. ‘Ik was de deurbewaarder en hield de politie en de IND tegen. Het is namelijk wettelijk niet toegestaan dat de overheid een kerkdienst verstoort. 

Uiteindelijk heeft het gezin na maanden een verblijfsvergunning gekregen, mede onder druk van de internationale pers. Japanse en Amerikaanse nieuwszenders stonden buiten op wacht. Het was een protestbeweging maar dan vanuit de kerk.’

Akinyoades ogen lichten op. ‘Wauw, dat wist ik niet.’ Hij kijkt met vernieuwde interesse rond in de zaal. Pronk vertelt vol vuur verder: ‘De non-stopdiensten hadden niet alleen een protestfunctie, maar dit werd ook een plek waar mensen die zich eenzaam voelden, binnendruppelden. Ook niet-christenen voelden zich aangetrokken tot deze beweging. Sommigen zeiden tegen mij: ‘Dit de essentie van het christendom.’’ Akinyoade reageert bemoedigd: ‘Ik ben blij om te horen dat er nog zulke toewijding, of beter gezegd, solidariteit bestaat. Dat is hoopvol!’

Afbeelding
Akinyinka Akinyoade (52) is geboren in Nigeria en na een carrière in Afrika nu hoofdonderzoeker aan de Universiteit van Leiden. Hij was betrokken bij diverse bevolkings- en ontwikkelingsprojecten in Afrika en een anticorruptie-lesprogramma in Indonesië. - beeld Dirk Hol

onderklasse

Voordat de mannen overgaan tot het thema van het gesprek wordt er nog wat koffie en thee bijgeschonken. Pronk pakt per ongeluk de koffiebeker van de journalist. ‘Euh, u wilde toch zwarte koffie? Maar nu drinkt u het met melk en suiker …’ Gelach schalt door de lege kapel. Maar Pronk drinkt stug door.

Laten we beginnen met de definitie. Wat is internationale solidariteit eigenlijk?

Pronk neemt het voortouw en gaat er goed voor zitten: ‘Het internationale systeem dat na de Tweede Wereldoorlog werd gecreëerd vond zijn basis in gezamenlijke waarden en solidariteit tussen natiestaten. Dat is nu veranderd naar een solidariteit tussen mensen en volken. Op dit moment is het extreem belangrijk om solidair te zijn met mensen die behoren tot de onderklasse. Mensen zonder macht. Deze mensen wonen in alle landen van de wereld. Er is geen verschil meer tussen internationale en nationale solidariteit. Er zijn namelijk allang geen grenzen meer voor de aanpak van klimaatverandering, technologische ontwikkeling en handel.’

Akinyoade wacht tot Pronk is uitgesproken en zet dan zijn monoloog in: ‘Internationale solidariteit maakt bij mij gevoelens van saamhorigheid los.’ Pronk leunt gelijk over de tafel. ‘Iets harder praten alstublieft. Mijn oren zijn slechter dan die van u.’ Akinyoade schraapt zijn keel en zet zijn stem wat kracht bij.

‘Ik zei: Internationale solidariteit maakt bij mij gevoelens van saamhorigheid los. Tussen alle landen van de wereld. Maar westerse landen hebben het al over ‘internationale solidariteit’ als zij hun krachten bundelen. Maar we weten allemaal over wie zij het echt hebben: West-Europa en Noord-Amerika. Dat is niet internationaal. Want wie denkt er aan ontwikkelingslanden? Als we echte solidariteit willen, hoe kan het dan dat er in de praktijk weinig van terechtkomt?’

De twee mannen komen al snel in een dans terecht waarbij zij elkaar om de beurt aan het woord laten en elk woord, elke zin die wordt gesproken proberen te proeven. 

Pronk antwoordt op Akinyoades vraag: ‘Laat ik daar een filosofisch antwoord op geven, als sociaaldemocraat. Solidariteit is een strijd, het is geen soft onderwerp, het is een worsteling. Met wie kan ik solidair zijn? Mijn partij, de PvdA, zei dat je alleen solidair kunt zijn met mensen in dezelfde omstandigheden als jijzelf. Zit je in een boot, op een ruwe zee, dan ben je solidair met mensen in dezelfde boot als jij. Mijn vraag is dan: Waarom zitten we in dezelfde boot? Misschien omdat we anderen niet hebben toegelaten? Je hebt dus solidariteit nodig.’ 

Hij gaat verzitten voor het tweede deel van zijn betoog. ‘Voor veel politici is solidariteit een kwestie van verzekering tegen ongeluk. Mijn antwoord is: Nee, zodra je solidariteit ziet als een verzekeringspolis in plaats van een sociale politieke waarde, dan word je als groep egocentrisch. Dat is waarom ik heb gebroken met mijn partij, die ik toch bijna vijftig jaar heb gediend.’

verdeling van vaccins

Die breuk, die hem veel pijn deed, staat niet op zichzelf, vertelt hij verder: ‘Er is nauwelijks meer internationale solidariteit over in de wereld. We zijn achteruitgegaan. Je ziet dat op veel gebieden, bijvoorbeeld dat Covax (de organisatie die coronavaccins wereldwijd moet verspreiden) niet wordt gefinancierd, de vaccins niet worden verdeeld enzovoorts. Hetzelfde probleem zie je rond de klimaatverandering. De meest kwetsbare landen zijn in het zuiden en ze worden in de steek gelaten. Vluchtelingen uit door oorlog verscheurde landen, als Syrië of West-Afrika, worden buitengesloten, teruggeduwd. Als voormalig westers politicus schaam ik me daarvoor.’ 

Dus de beslissende factor is dat solidariteit niet primair iets is wat van waarde is voor jou, maar dat je naar die ander moet kijken?

Pronk: ‘Ja! En dat is een christelijke waarde, dat je zegt, dat is mijn naaste. Jij hebt niet het recht, als persoon, om een cirkel te trekken en anderen uit te sluiten. Ik heb dit in de kerk geleerd: als iemand, die ik niet ken, zegt : ‘Ik ben jouw naaste, help me alsjeblieft’, dan heb jij als christen niet het recht om te zeggen: ‘Nee, je bent geen lid van mijn groep.’ Jij hebt niet het recht om te bepalen wie je naaste is, maar je naaste bepaalt jou als zodanig. En dat is solidariteit. Het is een plicht.’

Afbeelding
Jan Pronk (81) is oud-minister (van Ontwikkelingssamenwerking en daarna van Milieu), was hoogleraar en tijdens de Darfurcrisis bijzonder gezant van de Verenigde Naties in Sudan, waar hij ook leiding gaf aan de VN-missie UNMIS. - beeld Dirk Hol

Dat klinkt bijna als Ubuntu.

Akinyoade: ‘Ja, inderdaad. De Zuid-Afrikaanse filosofie die zegt dat je alleen bestaat in connectie tot die ander.’ 

Pronk knikt instemmend en vraagt Akinyoade op de man af: ‘Bent u een christen?’

‘Ja, ik ben ook een christen.’

‘Dus ik spreek geen wartaal voor u?’

‘Nee, zeker niet.’ 

Akinyoade: ‘Er valt veel te leren en te onderzoeken over het echte bestaan van internationale solidariteit als je kijkt naar de verdeling van de corona-vaccins.’ Akinyoade neemt een adempauze voordat hij verder praat. ‘De oprichting van Covax was een vorm van internationale solidariteit. Maar in hoeverre regeringen echt bereid zijn om bij te dragen aan een eerlijke verdeling is de vraag. De internationale solidariteit was eerst: ‘’Ja, we geven jullie vaccins.’’ Maar er werden in het begin alleen vaccins op transport gezet waarvan de houdbaarheidsdatum bijna verliep.’

‘Je naaste is de persoon die je tegenkomt op straat. Maar zijn het ook mensen ver weg in Afrika? En als je het belangrijk vindt om vaccins te delen, stuur dan bruikbare vaccins. Doe je dat niet, dan blijft ware internationale solidariteit een fikse uitdaging.’

Laten we naar de top van de lijst aan problemen kijken waarvoor internationale solidariteit nodig is. Wat ziet u daarvan als belangrijkste, waarover we moeten praten en die we niet kunnen negeren?

Akinyoade: ‘We kunnen fake news niet negeren. Dit is de manipulatie van informatie. En informatie is macht. Daarnaast gaat het om ongelijkheid. Alle andere onderwerpen hebben daarmee te maken: Covax, armoede, klimaatverandering. Ongelijkheid is dé verbindende en bepalende factor.’

Pronk: ‘Ik ben het daarmee eens. Als we het hebben over solidariteit dan moeten we ook spreken over gelijkheid. Dat is een waarde. Solidariteit is een waarde. Kijk naar de Franse Revolutie: vrijheid, gelijkheid en solidariteit. Die zijn aan elkaar verbonden. Je kunt niet een van die drie bereiken zonder ook die andere twee na te streven.’

corruptie

U heeft het over internationale solidariteit, maar er wordt in dit debat ook vaak gesproken over de rol van corruptie. Blokkeert corruptie internationale solidariteit?

Pronk, interrumpeert de vraag: ‘Wat is corruptie? Daar begint het mee. Het is een concept dat wordt gedefinieerd door de gevers, de rijken, zonder te kijken naar sociale relaties in andere landen, met andere tradities, en andere nationale, religieuze en etnische waarden dan in het Westen. Probeer te begrijpen hoe een andere samenleving werkt en definieer niet alles als slecht bestuur, slechte democratie of corruptie. Natuurlijk moet je machtsmisbruik bestrijden. Dat geldt ook voor Nigeria. Maar alsjeblieft, wees erg bescheiden. Al die machten die in staat zijn gesteld om mensen te onderdrukken, doen dat met behulp van westers kapitaal, westerse wapens, westerse politieke doelen. Dus, als je kritiek hebt op corruptie in een Afrikaans land of in het Midden-Oosten, moet je éérst kritiek op jezelf hebben.’

‘De vraag is in hoeverre regeringen écht bereid zijn tot eerlijke verdeling van vaccins.’

Draait zich nadrukkelijk naar de vragensteller, als in een persoonlijke terechtwijzing ...

‘Daarná, nádat je dat gedaan hebt, dan mag je misschien sommige politieke conclusies trekken, maar niet eerder. Want dat zou hypocriet zijn.’

Akinyoade: ‘We wijzen snel alleen naar Afrikaanse leiders, maar het hele handelssysteem is zo opgebouwd dat het ‘officieel’ niet corrupt is. Maar als je het mij vraagt, is het een nieuwe vorm van corruptie. Wat er qua investeringen Afrika binnenkomt en wat er vervolgens qua geld uitstroomt, levert per jaar een gat op van 41 miljard waar niemand het over heeft. Dat geld vloeit weg uit Afrika. Natuurlijk zijn regionale leiders medeverantwoordelijk voor dit probleem, maar je kunt niet alleen wijzen naar hun corruptie.’

Pronk: ‘Inderdaad, wij profiteren méér van het systeem dat je corrupt zou kunnen noemen en in ieder geval pervers is, dan we eraan verliezen.’

Net op het moment dat het eten bezorgd zou worden, zegt het Oost-Afrikaanse restaurant de bestelling af. Even een ongemakkelijk moment: ‘De bestelling is gecanceld.’ Uiteindelijk wordt in de buurt een Surinaams-Antilliaanse zaak gevonden die nog snel wat wil klaarmaken. Als het door de fotograaf wordt opgehaald, komt hij terug met twee bakken baminoedels en grove rijst. De beide heren blijken ware omnivoren te zijn en laten het zich goed smaken terwijl ze praten over persoonlijke dingen. 

‘Dus u komt uit Nigeria. Waar in Nigeria?’

‘Het zuidwesten, dicht bij Lagos, Osun state.’

‘Gaat u nog vaak terug naar huis?’

‘Nee, ik ben sinds het begin van de coronacrisis niet meer in Nigeria geweest.’

Nu we het toch over reizen hebben; een andere ingrijpende gebeurtenis van het afgelopen jaar is het recent ingestelde reisverbod op Zuidelijk Afrika. Afrikaanse leiders vragen zich hardop af waar de solidariteit is gebleven vanuit het Westen.

Akinyoade: ‘De pandemie is ongekend. Maar er zit een cyclus in de wereldproblemen. Elke tien jaar gaat er een shock door het systeem. Denk bijvoorbeeld aan de financiële crisis in 2007. De reactie op shocks verschilt nationaal en internationaal. Het lijkt alsof de eerste reactie binnen de politiek is: welke beslissing zorgt ervoor dat mijn stemmers mij na deze crisis niet zullen afwijzen? Zoals Engeland de reisrestricties naar Zuid-Afrika en een dag later naar heel Zuidelijk Afrika oplegde. 

Maar als je zulke beslissingen alleen maakt op interne basis, dan is het de vraag of het een rechtvaardige keuze is of niet. Tuurlijk, het is een gezondheidsprobleem, maar het is ook een internationaal gezondheidsprobleem. Waarom worden dan alleen bepaalde gebieden, zoals in dit geval Zuidelijk Afrika, buitengesloten? Wat betekent internationale solidariteit eigenlijk in de huidige context?’

Pronk: ‘Je hebt als regering de plicht eerst het goede te doen voor mensen. Je moet leiden op basis van waarden. Als je dat niet doet, verdien je het niet politiek leider te zijn of in de regering te zitten.’

Na afloop wil Akinyoade het boek Dat wonderlijke kerkasiel meenemen. ‘In onze kerk hebben we het er op dit moment over hoe we mensen praktisch kunnen helpen’, vertelt hij. Van het verhaal van de Bethelkapel, waar op dit moment de kosterswoning op de bovenverdieping wordt heringericht zodat die ook in de toekomst weer als asielopvang kan dienen, zou zijn kerk ook kunnen leren. Zo krijgt dit verhaal mogelijk een heel ander vervolg dan gedacht. 

Afbeelding
beeld Dirk Hol